Sleuteltermen

Toegang: de verwerving van genetische rijkdommen, of van traditionele kennis in verband met genetische rijkdommen, in een land dat partij is bij het Nagoya Protocol.

Genetische bronnen: materiaal van plantaardige, dierlijke, microbiële of andere oorsprong dat functionele eenheden van erfelijkheid bevat en dat van feitelijke of potentiële waarde is. Derivaten kunnen onder bepaalde voorwaarden ook als genetische hulpbronnen worden beschouwd, zelfs als ze geen functionele erfelijke eenheden bevatten: eiwitten, lipiden, enzymen, RNA en organische verbindingen zoals flavonoïden, etherische oliën en plantaardige hars. Menselijke genetische bronnen zijn niet inbegrepen, maar het menselijke microbioom wel.

Wederzijds overeengekomen voorwaarden (Mutually Agreed Terms, MAT): overeenkomst (contract) tussen een leverancier van genetische rijkdommen of geassocieerde traditionele kennis en een gebruiker, waarin de voorwaarden voor het gebruik van genetische hulpbronnen en het delen van voordelen worden gedefinieerd. Er kunnen aanvullende vereisten zijn voor volgende gebruikers of het wijzigen van de intentie van het gebruik, bijvoorbeeld productontwikkeling en commercialisering.

Voorafgaandelijke toestemming (Prior Informed Consent, PIC): goedkeuring, door de autoriteiten van het materiaal-verstrekkende land, van toegang tot en gebruik van genetische rijkdommen. PIC wordt afgeleverd op het moment van toegang als bewijs van naleving van relevante wet- en regelgeving.

Traditionele kennis verbonden met genetische hulpbronnen: Kennis die in het bezit is van een inheemse of lokale gemeenschap en die relevant is voor het gebruik van genetische hulpbronnen, en die als zodanig wordt beschreven in de onderling overeengekomen voorwaarden (MAT) die van toepassing zijn op het gebruik van genetische hulpbronnen.

Gebruik van genetische hulpbronnen: Onderzoek en ontwikkeling (O&O) uitvoeren naar de genetische en/of biochemische samenstelling van genetische hulpbronnen, onder meer door toepassing van biotechnologie. Dit omvat fundamenteel en toegepast onderzoek.

Onder de ABS Verordening van de EU wordt het uitsluitend bewaren, overdragen of verhandelen van genetische hulpbronnen zonder aanvullend onderzoek en/of ontwikkeling niet als gebruik beschouwd. Bovendien is louter beschrijvend werk in op fenotype gebaseerd onderzoek zoals morfologische analyse of screening op zich geen gebruik.

Het onderhoud en beheer van een collectie voor conserveringsdoeleinden, inclusief opslag van hulpbronnen of kwaliteits-/fytopathologische controles, en verificatie van materiaal bij acceptatie mag daarom als zodanig niet als gebruik worden beschouwd. Later gebruik van de genetische hulpbron kan echter wel onder de Verordening vallen. Om die reden is het raadzaam om informatie over de bron van het materiaal en de datum van toegang zorgvuldig te bewaren en deze informatie over te dragen aan volgende gebruikers.

Internationaal erkend conformiteitscertificaat (IRCC): een toegangsvergunning afgegeven door een bevoegde autoriteit als bewijs dat de genetische hulpbron(nen) waarop deze betrekking heeft, is verkregen in overeenstemming met de voorafgaande geïnformeerde toestemming (PIC) en dat wederzijds overeengekomen voorwaarden (MAT) zijn vastgesteld voor de gebruiker en het daarin gespecificeerde gebruik. De niet-vertrouwelijke delen uit het IRCC worden gepubliceerd op de ABS Clearing-House-website.